VAN OPPENS Joseph - Sdt - Mat 1046

3de Compagnie - 3de Peloton

 

Sdt. Joseph Van Oppens
3e compagnie – 3e peloton
stamnummer : 1046

 

Joseph Van Oppens werd geboren op 7 september 1921 te St.Niklaas.
Hij was woonachtig in de Begijnenstraat,  dezelfde straat waar ook de gebroeders Cockelbergh woonden.  Toen de oorlog uitbrak op 10 mei 1940, vertrok Joseph Van Oppens vanuit St.Niklaas naar Ieper.  Tengevolge van een regeringsoproep,  moesten alle mannen tussen 16 en 35 jaar,  die niet “onder de wapens” waren zich naar Ieper begeven om dan later te kunnen opgenomen worden in het Belgisch leger.  (zie getuigenis Cockelbergh).
In Ieper heerste een ware chaos,  er was geen organisatie noch enige discipline onder de talrijke naar Ieper afgereisde jonge mannen afkomstig uit alle regio’s van het land.  Het gerucht deed de ronde dat de Duitsers het land reeds ver binnengedrongen waren.  Dit zorgde uiteraard voor paniektoestanden onder de vele jongeren. Joseph ontmoette er de gebroeders Cockelbergh, Roger Daelman en Charel Van Havermaet,  stadsgenoten waarmee hij samen naar het noorden van Frankrijk trok.  Na dagen rondzwerven bereikten zij op 23 mei Calais waar ze met een kleine Britse motorboot mee konden.  Zo staken zij het kanaal over en kwamen uiteindelijk aan wal in Engeland (Folkstone).
Zij verbleven enige tijd bij Miss Witley in Hampstead (London).

In december 1940 nemen Joseph Van Oppens,  Aloïs Cockelbergh en Aimé Dehaen dienst in het pas opgerichte Belgisch leger te Tenby.  Louis Cockelbergh,  de broer van Aloïs vervoegde pas enkele maanden nadien (april 1941) zijn medemaats in Tenby.  Na een infanterieopleiding en oefeningen onder meer in Hereford,  Carmarthen,  Great-Malvern,  Chepstow,  Chippenham en Clacton-on-Sea kwamen Joseph Van Oppens en zijn maats in Lowestoft terecht.  Daar kreeg hij o.a. een opleiding als chauffeur.

1941 - Kamp in Carmarthen. April 1942 - mars Hereford - Carmarthen. 140 km in 4 dagen

 

Lowestoft,  1943 - Joseph Van Oppens

Joseph nam deel aan de veldtocht van Normandië en de bevrijding van Brussel op 4 september 1944.  Samen met Prosper Willockx en Louis Cockelbergh hadden zij plannen om een daguitstap te maken naar St.Niklaas om hun respectievelijke families te gaan begroeten.  Helaas,  door het drukke verkeer en de eindeloze files richting Dendermonde waren zij verplicht rechtsomkeer te maken en terug naar Brussel te rijden.  Ze zijn dan 3 dagen op stap gegaan in Brussel en hebben genoten van de bruisende feestelijkheden van de bevrijdde hoofdstad.  Na enige dagen verlof werd er terug verzameld en op 11 september vertrok de Brigade Piron richting Limburg.  Via Diest bereikten zij het Albertkanaal en reden via Beringen richting Heppen.  Van Oppens en Louis Cockelbergh reden samen met een kleine vrachtwagen met het materiaal van het peloton (3e peloton – 3e compagnie) helemaal vooraan het konvooi.
Hierop volgend de getuigenis van Louis Cockelbergh over de ware omstandigheden waarop Joseph Van Oppens sneuvelde :

Wij reden richting Heppen,  ik zat naast Joseph in de vrachtwagen en op zo’n 200 meters vóór het centrum van Heppen,  kregen wij het bevel halt te houden.

Dit gebeurde ook,  Joseph parkeerde zijn vrachtwagen aan de linkerzijde van de steenweg.  Wij stapten uit de vrachtwagen en op dat ogenblik kwam Lt. Léo Van Cauwelaert aangereden met een carrier.  Met de hulp van luitenant Van Cauwelaert,   Prosper Willockx en ikzelf namen wij de brenguns uit de vrachtwagen.  Willockx en ikzelf waren toen sectieoversten en samen hadden wij als opdracht om iets verder met onze manschappen stelling in te nemen.  Wij waren nog geen 50 meters van de vrachtwagen verwijderd toen er zich achter ons plots een ontploffing voordeed.  Het typische geluid van de inslag wees naar een obus waarschijnlijk afkomstig van mortiergeschut.  Toen wij achter ons keken,  zagen wij naast de vrachtwagen Joseph Van Oppens liggen,  hij gaf blijkbaar geen teken van leven meer.  Iets verderop lag Lt. Van Cauwelaert, hij was blijkbaar zwaar gekwetst aan beide knieën.  Samen met een brancardier snelden Prosper en ikzelf de slachtoffers ter hulp.  Toen wij ter plaatse kwamen,  beval de luitenant ons om eerst Van Oppens hulp te bieden,  maar dit bleek tevergeefs,  Joseph werd getroffen door een schrapnel in de hals,  hierdoor werd hij naar alle waarschijnlijkheid op slag gedood.  Vermoedelijk zat er in de kerktoren van Heppen een Duitse waarnemer die ons zag naderen en de coördinaten doorgaf aan een sectie mortieren om zo precies mogelijk onze positie onder vuur te nemen,  wat hen blijkbaar lukte!

De getuigenis van Louis Cockelbergh over zijn goede vriend Joseph Van Oppens heb ik tijdens de vergadering van onze vriendenkring,  op 16 januari 2012,  20u. opgenomen in lokaal  “Derby” aan de Tereken kerk te St.Niklaas. 

 

Willockx Prosper Van Oppens Joseph Lt. Van Cauwelaert Léo

 


Op 200 meters vóór het centrum van Heppen,  sneuvelde op 11 september 1944
Sdt. Joseph Van Oppens

 

Het drama gebeurde in de late namiddag.  Een dag dat nog steeds in het geheugen van de 88 jarige Louis Cockelbergh gegrift staat.  “Ik herinner mij die dag nog of het gisteren was”.  Joseph had zopas op 7 september in Brussel zijn 23e verjaardag gevierd,  samen met ons,  hij was een flinke en vrolijke jongen,  steeds bereid om te helpen.  Luitenant Van Cauwelaert werd afgevoerd naar het hospitaal en zou niet meer deelnemen aan de overige veldtochten.  Joseph was mijn goede makker,  een buur uit onze straat,  de Begijnenstraat. 
Joseph Van Oppens kreeg een voorlopige rustplaats in Heppen en werd in 1946 overgebracht naar zijn geboortestad St.Niklaas waar hij begeleid door zijn naaste makkers en onder aanwezigheid van een talrijk opgekomen menigte een definitieve rustplaats kreeg op het ereveld der gesneuvelden op het kerkhof aan de Tereken Kerk te St.Niklaas.

 

 

 

Verboden tekst en foto’s te gebruiken zonder toelating van webmaster.

 

Didier Dufrane